De periode na de bevalling
Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.
Naar colofonDe periode na de bevalling is zwaar. De zorg voor je pasgeboren kindje kost veel energie. Gebroken nachten en kraambezoek kunnen ook slopend zijn. En dan is daar nog de kanker of het herstel daarvan. Dit alles vraag veel van jou (en je partner).
De periode na de bevalling blijkt vaak moeilijker dan gedacht. Hulp van familie, vrienden en kennissen is heel belangrijk om deze periode goed door te komen. Neem dus hulp aan. Of vraag erom. De meeste mensen in je omgeving zijn blij als ze iets voor je kunnen doen.
Lees op deze pagina over:
De kraamperiode
De kraamperiode is een intensieve periode. Je kunt erg moe zijn en last hebben van stemmingswisselingen. Dat hoort erbij, maar lastig is het wel.
Tijdens de kraamperiode komen er vaak mensen op bezoek. Misschien is jouw immuunsysteem nog verzwakt door de behandeling. Dan is het belangrijk dat je niet in aanraking komt met ziekteverwekkers, zoals virussen. Vraag mensen om thuis te blijven als ze verkouden of ziek zijn.

Geen kraamperiode
Misschien moet je snel na de bevalling met je behandeling starten. Dan heb je helemaal geen kraamperiode. Daar kun je verdrietig en boos over zijn. Laat deze gevoelens toe en praat erover. Dat lucht op.
Onzekerheid en schuldgevoel
Je kunt je erg onzeker voelen: over de ontwikkeling van je kindje, over je gezondheid en of de behandeling wel aanslaat. Ook kun je last hebben van vermoeidheid en andere klachten. Hierdoor gaat het verzorgen van de baby misschien minder goed dan je had gewild. Of vind je dat je niet genoeg aandacht aan je baby kunt geven. Daar kun je je schuldig over voelen.
Probeer daarom na de bevalling zoveel mogelijk praktische hulp te regelen van vrienden, familie, buren en kennissen. Zij kunnen je huishouden en gezin helpen draaiende houden. Zo kunnen je partner en jij zoveel mogelijk kostbare tijd doorbrengen met je baby (en andere kinderen).
Hoe regel je hulp?
Hulp komt meestal niet vanzelf. Mensen willen vaak wel helpen, maar aarzelen om hulp aan te bieden. Ze weten niet precies wat voor hulp jij nodig hebt. Of ze willen zich niet opdringen. Je zult dus zelf om hulp moeten vragen. Daarbij is het belangrijk om aan te geven waar je wel en geen behoefte aan hebt. Dat kan lastig zijn, want je wilt vrienden en bekenden niet voor het blok zetten.
Tip: overleg met je partner of met een goede vriend(in) waar je behoefte aan hebt. Vraag hem of haar om dit voor jou binnen je netwerk te regelen. Mensen zeggen makkelijker ‘nee’ tegen zo’n ‘persoonlijke assistent’ dan tegen jou.
Vraag je liever zelf om hulp? Vraag dan hulp bij kleine, duidelijke taken, zoals een keertje oppassen of koken.
Tips:
- Heb je een aantal mensen gevonden die je willen helpen? Maak dan een week- of maandschema. Dan is duidelijk wie wat doet en wanneer.
- Er zijn verschillende apps die helpen om de zorg met familieleden en zorgverleners makkelijker af te stemmen. Bekijk het aanbod.
Te veel hulp is ook niet fijn
Soms kan alle hulp je te veel zijn. Je kunt dan het gevoel hebben dat je te weinig privacy hebt. Of dat mensen je huishouden of de zorg voor je baby overnemen. Luister goed naar je gevoel. Wordt de hulp je te veel, bespreek dit dan met degenen die je helpen. Of vraag je partner of een goede vriend(in) om dat te doen.

Na de behandeling
Ook de periode na de behandeling kan nog steeds zwaar zijn. Het kost tijd en energie om te herstellen en weer conditie op te bouwen. Ook moet je verwerken wat er allemaal gebeurd is. Daar komt dan nog de zorg voor je baby bij. En misschien de zorg voor je andere kinderen. Vaak onderschatten mensen hoe zwaar en lang deze periode nog is.
Ook hiervoor geldt: hulp van familie, vrienden en kennissen is heel belangrijk. Geef zelf aan welke hulp je nodig hebt.
Ook in deze periode kun je veel hebben aan professionele hulp van een psycholoog. Via je huisarts of arts in het ziekenhuis kun je een verwijzing krijgen.
Angst om dood te gaan
Het kan zijn dat je van een gezond kind bevalt, maar dat de behandeling tegen kanker niet aanslaat. Dat is beangstigend en moeilijk te accepteren. En dan ben je ook nog een band op aan het bouwen met je pasgeboren kind.
Zoek hulp en steun bij dit moeilijke proces. Bijvoorbeeld van een:
- psycholoog in het ziekenhuis of daarbuiten
- psychotherapeut
- maatschappelijk werker
- geestelijk verzorger
Deze persoon kan je helpen met je emoties om te gaan, waardoor je situatie wat beter te dragen is. En als het nodig is kan hij of zij je ook coachen bij belangrijke beslissingen die je moet nemen aan het eind van je leven.