Kwaadaardige trofoblastziekten (GTN)

Deze informatie is gecontroleerd door deskundigen.

Naar colofon
Opslaan

Sommige soorten trofoblastziekten zijn kwaadaardig. Dat betekent dat het kanker is. Of kanker kan worden. Artsen noemen deze groep ziekten Gestational Trophoblastic Neoplasia (GTN). Elk jaar krijgen ongeveer 30 vrouwen in Nederland de diagnose GTN.

Een kwaadaardige trofoblastziekte ontstaat meestal na een mola-zwangerschap. Maar de ziekte kan ook ontstaan tijdens of na een buitenbaarmoederlijke zwangerschap, miskraam of een voldragen zwangerschap.

Lees op deze pagina over:

En over:

Symptomen van een kwaadaardige trofoblastziekte

Meestal heb je geen klachten. De ziekte wordt dan ontdekt omdat het zwangerschapshormoon hCG na je mola-zwangerschap onvoldoende daalt.

Soms heb je wel klachten, zoals misselijkheid of bloedverlies uit de vagina. Of klachten die passen bij uitzaaiingen. Bijvoorbeeld hoesten en kortademigheid door uitzaaiingen in de longen.

Onderzoeken bij een kwaadaardige trofoblastziekte

Meestal wordt een kwaadaardige trofoblastziekte ontdekt bij controles na de behandeling van een mola-zwangerschap

Krijg je trofoblastziekte als diagnose, dan is verder onderzoek nodig. Meestal krijg je dan een longfoto of een CT-scan en/of een MRI-scan

Na de onderzoeken weet de arts of de tumor verder is doorgegroeid. En of er uitzaaiingen zijn. Je hoort dan ook welke behandeling voor jou het meest geschikt is.

Laag-risico-trofoblastziekte en hoog-risico-trofoblastziekte

De kwaadaardige trofoblastziekten zijn in te delen in 2 risicogroepen: laag risico en hoog risico. De meeste vrouwen hebben laag risico.

FIGO-score

Het risico wordt berekend met de FIGO-score. Dit is een scoresysteem waarin verschillende risicofactoren bij elkaar opgeteld worden.

  • FIGO <7 (lager dan 7): laag risico
  • FIGO ≥7 (hoger dan of gelijk aan 7): hoog risico

Laag-risico-trofoblastziekte

Laag risico betekent hier: vaak kun je genezen door een behandeling met chemotherapie die bestaat uit 1 medicijn. 

Het risico is meestal laag als je 1 of meer van deze kenmerken hebt:

  • je hebt de ziekte gekregen na een mola-zwangerschap of miskraam
  • er zijn geen uitzaaiingen of de uitzaaiingen zitten alleen in je vagina of longen 
  • tussen de vacuümcurettage en de chemotherapie zit weinig tijd

Hoog-risico-trofoblastziekte

Hoog risico betekent bij een trofoblastziekte: om te kunnen genezen is een combinatie van verschillende soorten chemotherapie nodig.

Het risico is hoog als je 1 of meer van deze kenmerken hebt:

  • je kreeg eerder chemotherapie, maar dat werkte niet voldoende 
  • je hebt uitzaaiingen in 1 of meer van de volgende organen: lever, milt, nieren, maagdarmstelsel, bot of hersenen
  • je kreeg de ziekte na een voldragen zwangerschap 
  • tussen de curettage en de chemotherapie zat een periode langer dan 1 jaar 

Zeldzame kwaadaardige trofoblastziekten (GTN) met een hoog risico zijn:

Vooruitzichten bij kwaadaardige trofoblastziekte 

De vooruitzichten voor vrouwen met een laag-risico-trofoblastziekte zijn heel goed. Vijf jaar na de diagnose zijn 99 van de 100 van de vrouwen nog in leven. 

De vooruitzichten voor vrouwen met een hoog-risico-trofoblastziekte zijn ook goed, maar wel wat minder goed dan bij laag risico. 

Bespreek je vooruitzichten met je arts.

Uitzaaiingen bij kwaadaardige trofoblastziekte 

Kwaadaardige trofoblastziekten kunnen uitzaaien. Dat betekent dat ze zich buiten de baarmoeder verspreiden. Bijvoorbeeld naar de longen, vagina, lever, milt en hersenen. Of naar de lymfeklieren.

Uitzaaiingen van een kwaadaardige trofoblastziekte zijn vaak goed te behandelen.

Uitzaaiingen bij kwaadaardige trofoblastziekten

Uitzaaiingen in de longen komen het meest voor. Uitzaaiingen in de milt, hersenen, lever en vagina komen heel weinig voor.

Behandeling van kwaadaardige trofoblastziekte

De behandeling voor kwaadaardige trofoblastziekte is chemotherapie. Je arts bespreekt met je welke medicijnen je precies krijgt. 

Meestal krijg je 1 medicijn. Soms is een combinatie van medicijnen nodig om te genezen. 

Lees verder over chemotherapie bij kwaadaardige trofoblastziekten.

Zwanger worden na de chemotherapie

Je kunt na de behandeling meestal nog zwanger worden. Jij of je kind loopt geen risico. Wel is het belangrijk dat je even wacht met zwanger worden. 

Heb je een behandeling met MTX of actinomycine D gehad, dan krijg je het advies om minimaal 1 tot 1,5 jaar te wachten met zwanger worden. Maar als je eerder zwanger wordt, is dit niet altijd een probleem. Bespreek dit met je arts. 

Heb je een behandeling met EMA/CO of EMA/EP gehad, dan is het advies meestal om minimaal 2 jaar te wachten. 

De adviezen gelden vanaf het moment dat je hCG weer normaal is.

Controle bij kwaadaardige trofoblastziekte 

Als het hCG weer een normale waarde heeft bereikt, kom je nog een tijdje op controle. Bij laag risico is dat 1 jaar. Bij hoog risico is dat 1,5 tot 2 jaar.

Tijdens de controles onderzoekt de arts de hoeveelheid hCG in je bloed. Aan het hCG kan de arts zien of de ziekte terugkomt. 

Terugkeer van kwaadaardige trofoblastziekte 

De kans dat een kwaadaardige trofoblastziekte terugkomt, is het grootst in het eerste jaar nadat je hCG normaal was. Maar de kans op terugkeer is heel klein: minder dan 1%. Na medicatie is deze kans groter, tot 8%. 

Als de ziekte terugkomt, word je behandeld in een gespecialiseerd ziekenhuis. Meestal krijg je weer chemotherapie. Soms is een operatie de beste behandeling. Dan haalt de arts je baarmoeder weg.

Colofon

Met medewerking van:

Foto Christianne Lok

Dr. Christianne Lok

Gynaecoloog-oncoloog, Antoni van Leeuwenhoek

Logo Stichting Olijf

Olijf

Patiëntenvereniging

Website

Illustratie vrouwen

Vrouwen die een trofoblastziekte hebben (gehad)

Werkgroep Trofoblast Tumoren

Gemaakt door de redactie van kanker.nl

Laatste update: januari 2025