Behandelingen bij kortademigheid en benauwdheid

Door longkanker of de behandeling kun je last hebben van benauwdheid of kortademigheid. Je arts onderzoekt hoe het komt dat je minder lucht krijgt. Daarna kun je soms een behandeling krijgen zodat je minder last hebt van de klachten.

Lees op deze pagina over:

• medicijnen of extra zuurstof tegen kortademigheid of benauwdheid
• behandeling bij vernauwing of verstopping van je luchtwegen
• behandeling van vocht rond je longen
• behandeling van vocht rond je hart

Medicijnen tegen kortademigheid of benauwdheid

Soms krijg je medicijnen, zodat je minder last hebt van de benauwdheid. Bijvoorbeeld:

• Medicijnen tegen het gevoel van benauwdheid. Bijvoorbeeld morfine.
• Medicijnen tegen angst en stress. Bijvoorbeeld benzodiazepines.
• Ontstekingsremmers zoals dexamethason en prednison.

Soms kun je extra zuurstof krijgen om minder last te hebben van je klachten.

Behandelingen bij vernauwing of verstopping van je luchtwegen

Blokkeert de tumor je luchtweg? Dan word je kortademig. Ook heb je grote kans om een longontsteking te krijgen.

Je kunt verschillende behandelingen krijgen om de luchtweg weer vrij te maken. Dan kun je weer beter ademen. Je arts bespreekt met je welke behandeling voor jou het beste is.

Bestraling

Soms kun je bestraling krijgen om de tumor kleiner te maken. Of te zorgen dat de tumor minder snel groeit. Dit heet palliatieve bestraling.

Endobronchiale behandeling

Er zijn ook andere behandelingen om de tumor kleiner te maken of weg te halen, zodat je klachten minder worden. De arts gebruikt hiervoor een bronchoscoop. Dit is een dunne slang die makkelijk buigt. Aan het eind van de slang zit een kleine camera. De arts kan zo op een beeldscherm de binnenkant van je luchtwegen zien.

Voor de behandeling krijg je een roesje of ga je onder narcose. De slang komt via je mond of neus in de grote vertakkingen van je luchtpijp. Via de slang brengt de arts de instrumenten in om de behandeling mee te doen.

De arts kan de tumor op verschillende manieren weghalen of kleiner maken:

• Weghalen met een tangetje.
• Wegbranden met een elektrische stroom.
• Wegsnijden met laserlicht.
• Van binnenuit bestralen. Hierbij brengt de arts een klein radioactief stukje metaal (radioactieve bron) met de bronchoscoop in de luchtweg. Hierdoor wordt de tumor kleiner. Soms verdwijnt de tumor helemaal.

Soms is het beter om een stent in je luchtwegen te plaatsen. Dit is een buisje dat zorgt dat de lucht weer door je luchtwegen kan. Het buisje drukt de tumor aan de kant.

Behandeling van vocht rond je longen

Soms komt er te veel vocht tussen je borstvlies en je longvlies. Het vocht kan op je longen drukken, waardoor je kortademig wordt.

Je kunt dan een behandeling krijgen om het vocht rond je longen weg te halen. Dit kan:

• via een holle naald: pleurapunctie
• door talkpoeder tussen beide longvliezen te spuiten: pleurodese
• door een katheter te plaatsen

Pleurapunctie

Een pleurapunctie is een behandeling om het vocht af te voeren. Je krijgt eerst een verdoving. Daarna plaatst je arts een naald tussen 2 ribben, tot in de ruimte tussen de 2 longvliezen. Op de naald zit een spuit. Hiermee zuigt je arts het vocht weg.

Pleurodese

Pleurodese is een manier om:

• het vocht rond je longen weg te halen
• te zorgen dat daar niet weer vocht komt, of dat dat minder snel gebeurt

Bij een pleurodese brengt je arts talkpoeder tussen je longvliezen. Dat kan een kriebelend of prikkelend gevoel in je borstholte geven. Door het inspuiten ontstaat een steriele ontsteking. Dat is een ontsteking zonder bacteriën of virussen. Die is dus niet gevaarlijk. Door de ontsteking maakt je lichaam vanzelf bindweefsel aan. Dit bindweefsel plakt beide vliezen aan elkaar.

Pleurodese betekent: het plakken van beide pleurabladen. De pleurabladen zijn de vliezen die aan de buitenkant van je longen zitten. En aan de binnenkant van je borstholte.

Katheter plaatsen

De arts maakt een kleine snee in de huid van je borstkas. Je krijgt hiervoor een verdoving op de plek waar de snee komt. Daarna brengt de arts een slangetje in. Dit heet een katheter. Het ene eind van de katheter zit in je borstkas. Het andere eind zit buiten je lichaam, en zit vast aan een speciale fles of zak. Daar komt het vocht uit je longen in terecht.

Behandeling van vocht rond je hart

Longkanker zaait soms uit in de buurt van je hart. Dan kan er vocht in je hartzakje komen. Je hart heeft dan niet genoeg ruimte om goed te kunnen kloppen. Daardoor kun je last krijgen van pijn op je borst, benauwdheid en erg moe zijn.

Je kunt een behandeling krijgen om het vocht uit het hartzakje weg te halen. Dit kan zo:

• De arts plaatst een holle naald in de ruimte rond je hart. Het vocht loopt dan weg via de naald. Dit heet een punctie.
• De arts haalt tijdens een operatie een stuk van je hartzakje weg. Het vocht loopt dan weg in je borst of buik.